Nieuws
Handelt u beroeps- of bedrijfsmatig in goederen? Dan mag u binnenkort geen transacties in contanten meer verrichten vanaf € 3.000. Dit is bepaald in het wetsvoorstel ‘Wet plan van aanpak witwassen’. Tijdens de behandeling bij de Tweede Kamer is er wel een acceptatieplicht aan toegevoegd voor contant geld bij kleine betalingen. Nadat de Tweede Kamer vorig jaar instemde met dit wetsvoorstel, is onlangs ook de Eerste Kamer akkoord gegaan. De exacte inwerkingtredingsdatum zal nog bij koninklijk besluit worden bepaald.
Tip
Pas uw administratie alvast aan, zodat u aan deze nieuwe verplichting kunt voldoen.
Vooral grote bedrijven in de bouw- en retailsector nemen regelmatig verpandingsverboden op in hun contracten met leveranciers in het mkb. Een verpandingsverbod houdt in dat het grote bedrijf (de schuldenaar) de leverancier (de schuldeiser) verbiedt om de handelsvordering te verpanden of over te dragen. Zo kan het grote bedrijf niet worden geconfronteerd met een onbekende schuldeiser. Als leverancier van een grootbedrijf wordt u hierdoor echter beperkt in uw financieringsmogelijkheden. Door het verbod kunt u immers de vordering niet als zekerheid gebruiken voor het verkrijgen van een krediet. Dit gaat veranderen, want vanaf 1 juli 2025 worden deze verboden van overdracht en verpanding opgeheven. Dit geldt ook voor bestaande vorderingen vanaf drie maanden na de inwerkingtreding. De wet geldt alleen voor handelsvorderingen. Geldleningen waarbij meerdere partijen als uitlener optreden zijn uitgezonderd, evenals het gedeelte van een handelsvordering dat op een g-rekening moet worden betaald.
Tip
Handelsvorderingen komen beschikbaar voor financieringsdoeleinden, waardoor u als schuldeiser meer kredietruimte krijgt. Let op, u bent wel verplicht om een overdracht
Heeft u uw onderneming in 2024 gestaakt en wilt u in dat jaar de stakingslijfrentepremieaftrek claimen? Zorg er dan voor dat u de premie uiterlijk vóór 1 juli 2025 hebt betaald. U mag de stakingslijfrentepremie dan in mindering brengen op het inkomen in het stakingsjaar. De aftrek is wel gemaximeerd. De hoogte hangt onder meer af van uw leeftijd op het stakingsmoment, de mate van eventuele arbeidsongeschiktheid en van de ingangsdatum van de lijfrente-uitkeringen.
Tip
Wilt u de lijfrentepremie in het stakingsjaar 2024 in aftrek brengen? Zorg er dan voor dat u de stakingswinst vóór 1 juli 2025 hebt omgezet in een lijfrente en de premie hebt betaald.
Tot 2023 kon u pensioen opbouwen in de fiscale oudedagsreserve (FOR). Heeft u een FOR opgebouwd, dan mag u die ook nu nog volgens de oude regels omzetten in een lijfrente. Wilt u (een deel van) uw oudedagsreserve omzetten in een lijfrente bij een bank of verzekeraar en de lijfrentepremie nog in de IB-aangifte 2024 in aftrek brengen? Zorg er dan voor dat u de premie op tijd betaalt. De lijfrentepremie is nog aftrekbaar in 2024 als u de premie uiterlijk vóór 1 juli 2025 hebt betaald.
Tip
Wilt u (een deel van) de opgebouwde oudedagsreserve afstorten op een lijfrente. Doe dit dan vóór 1 juli 2025 als u de lijfrentepremie in 2024 in aftrek wilt brengen.
Pensioendeelnemers krijgen definitief geen inspraak over de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel. De Tweede Kamer heeft onlangs namelijk het voorstel afgewezen om alle deelnemers bij pensioenfondsen individueel de keuze te geven of zij opgebouwd pensioen in het nieuwe of in het oude stelsel willen. De stemming over het pensioenplan van NSC eindigde met 73 stemmen tegen en 72 voor. Daarmee is het plan van de baan. De Tweede Kamer is wel akkoord gegaan met het voorstel om pensioenfondsen een jaar extra te geven om de overgang naar het nieuwe stelsel te regelen. Er lijkt ook een meerderheid in de Eerste Kamer te komen. Dit betekent een langere transitieperiode voor de overgang naar het nieuwe stelsel, namelijk tot 1 januari 2028.
Tip
De datum van 1 januari 2028 lijkt ver weg, maar er is ook veel werk aan de winkel voor pensioenfondsen en werkgevers. Denk alleen al aan alle pensioengesprekken met werknemers die moeten plaatsvinden om hen te informeren over de gevolgen van het nieuwe pensioenstelsel in hun individuele situatie.